Lezing It’s all about reading the balance
Uitgesproken door Pieterjan van den Akker, docent en directeur van de Nagy Academie, tijdens het wereldcongres over de contextuele benadering in Antwerpen op 28 oktober 2025.
Inleiding
Graag wil ik vandaag stilstaan bij de visie en methodiek die psychiater en hoogleraar psychiatrie Ivan Boszormenyi-Nagy ontwikkelde om mensen binnen hun context te helpen. Ik wil met name stilstaan bij het lezen van telkens een balans van geven en ontvangen over een langere periode. Door het systematisch lezen van de balansen van geven en ontvangen vanuit de meerzijdig partijdig gerichte grondhouding kunnen resten van vertrouwen zichtbaar worden gemaakt en kan de dialoog tussen mensen op gang worden gebracht waardoor het vertrouwen kan groeien. Je kunt ook zeggen “leren kijken door de ogen van de ander en de ander helpen om door mijn ogen te kijken”. Zo kan het contextuele gedachtegoed, heel concreet, preventief voor de toekomst van families kan bijdragen aan het herstel van vertrouwen binnen alle relaties.
Deze lezing is een coproductie en heb ik samen met mijn collega van de Nagy Academie, Gerdy Rooijakkers-Segers, voorbereid.
Ik wil eerst starten door te schetsen hoe sociale en technologische ontwikkelingen van invloed zijn op het leven van mensen, vervolgens hoe de contextuele benadering kan helpen om het vertrouwen tussen mensen te vergroten en hoe balansen gelezen en in beweging gebracht kunnen worden. Ik sluit ons verhaal af met twee geanonimiseerde casussen om te illustreren hoe dit in zijn werk kan gaan.
De complexe westerse wereld en de weg naar de dialoog
In onze westerse samenleving zijn individualisatie en prestatie steeds meer centraal zijn komen te staan. Onlangs bracht de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving in Nederland (https://www.raadrvs.nl/adviezen/o/op-de-rem—voorbij-de-hypernerveuze-samenleving) hier nog een rapport over uit waarin wordt gesproken over een hypernerveuze samenleving en geïnstitutionaliseerd individualisme. Gezinnen leven steeds minder binnen grootfamilies of andere hechte gemeenschapsverbanden. Hierdoor komen gezins- en familierelaties onder druk te staan. De steun die familieleden, grootouders, ooms en tantes, neven en nichten van nature vanuit de kracht van familieverbanden kunnen bieden aan een jong gezin, met liefde en betrokkenheid, kan de draagkracht van jonge ouders vergroten. Het opgebouwde vertrouwen tijdens de familiegeschiedenis met name ook door de oudere generaties, kan jonge ouders steunen en vertrouwen geven.
Ivan Boszormeny-Nagy schreef in 1987 al over de gevolgen van technologische ontwikkelingen in zijn artikel ‘Transgenerational Solidarity: The expanding Context of Therapy and Prevention’:
“De vooruitzichten van deze werkelijkheid bedreigen ons leven en, nog waarschijnlijker, het leven van onze kinderen. Ontwikkelingen in vervoer, computers, elektronica, lasers, nucleaire instrumenten enzovoort, hebben zelfs in vredestijd het tempo van het destructieproces dermate opgevoerd, dat zij de groei van bewezen menselijke verantwoordelijkheid ver voorbij zijn gestreefd.”
Naast positieve effecten van technologische vooruitgang zoals langere levensduur voor mensen, hogere productiviteit, betere toegang tot informatie en tijdsbesparing, zag Nagy grote risico’s voor de rechtvaardigheid in menselijke relaties en met name voor kinderen en toekomstige generaties. De invloed van technologische en sociale ontwikkelingen op het onderlinge vertrouwen tussen familieleden, het menselijk samenleven in familieverbanden en het uiteenvallen van leefgemeenschappen, in het bijzonder de grootfamilie, baarde hem grote zorgen.
Van het ouderteam of alleenstaande ouders wordt daardoor veel gevraagd als het om opvoeden van kinderen gaat. De verantwoordelijkheden voor de opvoeding drukken zwaarder op ouders als grootouders en andere familieleden niet kunnen ondersteunen en mee zorgen. Vaak blijkt die verantwoordelijkheid in combinatie met delegaten uit de gezinnen van herkomst te zwaar voor jonge ouders met alle gevolgen van dien. Wanneer relatieproblemen of echtscheiding volgen na een zware periode, wordt het nog moeilijker vaak om het vertrouwen van ouders in elkaar te bewaren. Daarbij ontstaat ook voor de kinderen een groter risico op destructieve parentificatie, waarbij kinderen ten kostte van zichzelf zorgen voor de noden van de ouders. De noodzaak dat mensen binnen hun gezin en familie geholpen worden om vertrouwen in elkaar te behouden en te herstellen is dan van uitermate groot belang.
In mijn praktijk kom ik veel families tegen waar ouders met de handen in het haar zitten en kinderen uitvallen op school, kampen met depressies, verslaving, problematisch gedrag en gedachten aan de dood. Niet zelden is er sprake van gescheiden ouders die elkaar wantrouwen, waardoor kinderen in een diepe gespleten loyaliteit zijn beland. De toegenomen problemen onderstrepen de zorgen die Nagy al had, over het feit dat de volgende generaties een steeds hogere rekening betalen voor het onrecht waarmee zij worden geconfronteerd.
Juist in dit tijdperk waarin, naast alle andere technologische ontwikkelingen, de sociale media zo’n grote rol spelen in de snelheid van communiceren tussen mensen en waarin gemakkelijker dan ooit nep-nieuws kan worden verspreid, is het een extra grote uitdaging om wegen te blijven zoeken waarin we de komende generaties kunnen begeleiden in het daadwerkelijk stil blijven staan bij de vier aspecten van de relationele werkelijkheid van ander én jezelf, met ieders persoonlijke noden én bij de noden van de aarde die ons het leven geeft.
Dit daadwerkelijk bij elkaar stilstaan lijkt ons de enige manier om aan de volgende generaties voor te kunnen leven dat het vertrouwen tussen mensen door passend geven en ontvangen realiseerbaar blijft.
Door technologische ontwikkelingen zijn veel mogelijkheden van mensen toegenomen. Denk aan reizen, vrijetijd en de invulling daarvan, mogelijkheden voor medische zorg, leven in meer luxe etcetera. Met het toenemen van al deze mogelijkheden is ook het levenstempo van de mens in de afgelopen eeuw aanzienlijk verhoogd.
De volgende generaties hebben te maken met de gevolgen van wereldwijde klimaatveranderingen waar steeds meer mensen die al kwetsbaar zijn onder lijden in minder welvarende landen, maar ook in onze eigen westerse samenleving. Mensen die hier een nieuw leven willen opbouwen omdat in hun eigen land, armoede, hongersnood en/of oorlog heersen. Deze toestroom van mensen op zoek naar een leefbaar en veilig bestaan heeft ook direct invloed op onze samenleving.
Dit alles weegt mee op de schouders van onze jongeren. Naast het feit dat in de veelal kleine westerse gezinnen kinderen het gevoel kunnen hebben dat zij zo goed als alleen verantwoordelijk zijn voor het geluk van hun ouders, wat prestatiedruk en gebrek aan zelfvertrouwen kan veroorzaken.
Daarbij willen we ook noemen dat de kans groot is dat de huidige en toekomstige generaties, ook al doen ze nog zo hun best, het waarschijnlijk niet beter, zullen krijgen dan hun ouders. Jongeren van deze tijd verdienen extra aandacht om te worden bekleed met zelfvertrouwen door hun ouders en andere belangrijke volwassenen binnen hun context als tegengif voor de uitputting van relationele hulpbronnen van onze jongeren.
Omdat kinderen op de eerste plaats hun ouders tegemoet willen komen en gerust willen stellen, kunnen wij als contextueel werkers niet anders dan ook bij begeleiding van kinderen met mentale problemen, naast de balansen van het kind met de individuele ouders, ook de balansen van geven en ontvangen van de ouders met hun eigen ouders onderzoeken. Waar is op een balans vertrouwen verdiend, is dit gezien en erkend? Denk hierbij ook de aan gevolgen van echtscheiding voor kinderen. Nagy zegt hierover: het meest schadelijke voor kinderen in echtscheidingssituaties is het wantrouwen tussen de ouders. Dat is precies ons werkgebied! Werken aan herstel van vertrouwen op steeds één balans van geven en ontvangen, tussen twee mensen.
Verdiend vertrouwen maakt verbinding
Nagy benadrukte met de ontwikkeling van de contextuele benadering om het verdiende vertrouwen tussen mensen op te sporen en de rechtvaardigheid tussen mensen in kaart te brengen. Hij noemt de vierde dimensie ook wel de dimensie van verdiend vertrouwen. Mensen zijn rechtvaardigheidswezens en streven naar eerlijk geven en ontvangen. Stilstaan bij de ander en oprechte belangstelling hebben voor de feiten in het leven van de ander met de persoonlijke belangen die daaruit voortvloeien in het nu en in het verleden, genereert vertrouwen binnen die specifieke relatie. Het is dus van cruciaal belang om steeds de feiten en hun betekenis op een balans van geven en ontvangen als uitgangspunt te nemen om zo bij indicaties van recht en onrecht te komen.
Om aan het werken aan een rechtvaardige verhouding tussen twee zelven steeds weer zorgvuldig aandacht te kunnen geven, ontwikkelde Nagy een visie en methodiek om de balans van geven en ontvangen tussen twee mensen te onderzoeken aan de hand van de vier aspecten van de relationele werkelijkheid van beiden tegelijkertijd.
“Hoe is en wordt gegeven en ontvangen tussen de ander en mij en is dit wederzijds passend en dus rechtvaardig?”
De weg van de dialoog
Wij zijn als mens geboren met een besef van en nood aan rechtvaardigheid/wederkerigheid en de mogelijkheid om op onszelf en ons handelen te reflecteren. Dat maakt ons meer verantwoordelijk dan andere levende wezens voor de toekomst van deze aarde en het (samen) leven daarop. Bij de geboorte is een kind volkomen afhankelijk van de ouders of verzorgers. We worden geboren met basisvertrouwen, waardoor we kunnen ontvangen om te kunnen overleven vanaf het eerste moment na onze geboorte.
Onze menselijke soort kan zich, vanuit het rechtvaardigheidsbewustzijn waarmee we geboren worden, verhouden op de nood van de ander. En dat doen we de hele dag door, naar onze kinderen, onze familieleden, partners, vrienden, buren en ook naar onze dieren en planten.
Of wat we geven passend is, en dus goed afgestemd is, is verre van een vanzelfsprekendheid. De notie van rechtvaardig geven en ontvangen zoals Nagy dit uitwerkte, helpt om de dialoog tussen mensen te bevorderen.
Vanuit de vier dimensies van de relationele werkelijkheid kunnen de balansen van telkens twee personen tegelijkertijd onderzocht kan worden.
Door samen met cliënten een genogram te maken, krijgen we als contextuele hulpverlener snel zicht op de mate van rechtvaardigheid van de stand op alle balansen van meerdere generaties. Wat is er gegeven en ontvangen, wat heeft dit gekost en is er erkenning geweest voor ieders investeringen.
Het lezen van balansen
Bij het terug in evenwicht brengen van de rechtvaardigheid op alle balansen die we uit het genogram kiezen, brengen we eerst in kaart hoe de eerste drie aspecten van de relationele werkelijkheid van beide personen als indicatoren voor onrecht ervaren worden voor de beide personen op de specifieke balans die we onderzoeken. Vervolgens onderzoeken we wat gegeven is door beiden op deze balans en wat het gekost heeft om specifiek dat te geven.
Om balansen te kunnen lezen heeft Nagy samen met onder meer Geraldine Spark (co-schrijver van Invisible loyalties) en Barbara Krasner (co-schrijver van Between Give and Take) de (ongeveer 30) relationeel-ethische begrippen ontwikkeld om de rechtvaardigheid van relationele balansen te kunnen ‘lezen’ en onderzoeken. In onze taal ontbraken deze begrippen en daarom ontwikkelden zij deze nieuwe begrippen waarvoor vaak economische en juridische taal is gebruikt. Loyaliteit, zichtbare en onzichtbare, destructief recht en destructieve parentificatie, de roulerende rekening, exoneratie enzovoorts.
Mensen die niet contextueel of systemisch zijn geschoold, zijn zich er vaak niet van bewust met hoeveel balansen van geven en ontvangen we als individu te maken hebben en met wie we allemaal rekening (moeten) houden als we keuzes maken in ons dagelijks leven; met andere woorden voor wie we allemaal zorgdragen. Het gegeven van al deze balansen die steeds meebewegen in ieders leven maakt het onderzoeken van de relationele werkelijkheid complex. Het gelijktijdig werken met alle gezinsleden bij de start van de therapie is daarom risicovol. Het is onmogelijk om als contextueel therapeut alle balansen die dan in beweging komen goed te verzorgen, apart te bewerken, en om iedereen voldoende recht te kunnen doen. Als er veel relationele schade en wantrouwen is tussen de verschillende gezinsleden, is de onveiligheid in een gezamenlijk gesprek groot en zal dit er snel toe leiden dat mensen vanuit de parentificatie monologisch op elkaar reageren. Dan wordt de onveiligheid en het onderlinge wantrouwen eerder vergroot en ontstaat er geen vertrouwen in de meerzijdig gerichte partijdigheid van de therapeut. Naast de onveiligheid is ook het aantal balansen bij een gezin al snel groot. Ter illustratie gaat het bij een gezin met drie kinderen om tien individuele relaties.
Hier zijn de relaties uitgeschreven, als de personen A, B, C, D en E zijn:
- A – B
- A – C
- A – D
- A – E
- B – C
- B – D
- B – E
- C – D
- C – E
- D – E
In een familie met grootouders, kinderen en kleinkinderen van 14 personen zijn er al 91 unieke één-op-één relaties.
Het vraagt veel contextueel vakmanschap en discipline van de contextueel therapeut om de regie te houden over het voortdurend meerzijdig partijdig zijn aan alle betrokkenen binnen een familie met behulp van veilige, meerzijdig gerichte en verbindende taal. Een veilige weg is daarom om telkens twee aan twee te werken en te starten daar waar het vertrouwen tussen twee mensen groot genoeg is om stil te kunnen staan bij vier dimensies van de relationele werkelijkheid van beiden. Dit kunnen we schematisch weergeven op de volgende manier:
Persoon 1 Balans Persoon 2
Dimensie 1:
Belangrijke feiten op een bepaald moment op de balans van beide personen
Dimensie 2:
Psychologie persoon 1 Psychologie persoon 2
Dimensie 3:
Interactie persoon 1 Interactie persoon 2
Dimensie 4:
Persoon 1 Persoon 2
Destructief recht Destructief recht
Parentificatie Parentificatie
Resten van vertrouwen wat passend gegeven en ontvangen is tussen beiden
Door het systematisch in kaart brengen van de relationele werkelijkheid van twee personen tegelijkertijd, kan de mate van rechtvaardigheid in de relatie voor beiden over de levensduur van hun balans van geven en ontvangen zichtbaar worden gemaakt. Vanuit de meerzijdig gerichte partijdige grondhouding en met behulp van de verbindende taal wordt rekening gehouden met beide belangen en beider loyaliteiten. Hierdoor kunnen mensen worden geholpen om nieuwe keuzemogelijkheden te vinden die recht doen aan hun belangen en de belangen van de mensen die ook betrokken zijn. Denk bijvoorbeeld aan de kinderen als ouders relatieproblemen hebben.
Heel concreet betekent dit dat, als eerste aspect van hun relationele werkelijkheid, de feiten die zich voor de twee mensen op een bepaald moment voordeden op hun gezamenlijk balans in kaart worden gebracht. Als tweede worden de consequenties van die feiten vanuit ieders individuele psychologie afzonderlijk onderzocht en in kaart gebracht; wat betekent dit voor de één en wat betekent dit voor de ander. Vanuit de derde dimensie onderzoeken we de verschillende interacties die voortkomen uit beider individuele psychologie. Vanuit deze eerste drie dimensies vinden we indicatoren om de relationele dynamieken tussen mensen te kunnen begrijpen en deze balans te lezen; hoe rechtvaardig is deze balans? Speelt hier een roulerende rekening vanuit onzichtbare loyaliteit naar een ouder? Dynamieken die we herkennen, maar waar mensen die hulp zoeken vaak geen woorden voor hebben. Vaak ontbreekt er veilige taal in onze persoonlijke familiedictionaires om belangentegenstellingen te kunnen bespreken. Juist daar waar de taal ontbreekt tussen ons en de ander wordt afstemming in het geven aan en ontvangen van elkaar bemoeilijkt en vaak geblokkeerd.
Via deze weg kan een mens geholpen worden om in blijvende trouw en zonder verraad toch over moeilijke kwesties en zelfs over gemeenschappelijk gedragen geheimen met een ander mens te spreken.
Rechtstreeks aanspreken en de dialoog zoeken, betekent voor contextueel hulpverleners en therapeuten in relationeel ethische zin vooral rechtstreeks benieuwd zijn naar de vier aspecten van de relationele werkelijkheid op de relationele balans van twee mensen. Door vanuit de veiligheid van een meerzijdig gericht partijdige grondhouding benieuwd te zijn en te onderzoeken wat ieder heeft gegeven. Daarbij spelen andere relationele balansen ook een grote rol en dus, de loyaliteiten, waarbij ook de verborgen loyaliteiten van de ander. Door dit systematische onderzoeken, krijgen cliënten meer zicht op “What’s on the other side?”. Kijken door de ogen van de ander. En de ander helpen om door mijn ogen te kijken.
Een pleidooi om familieleden samen uit te nodigen
In het doorontwikkelen van zijn visie en methodiek besloot Nagy uiteindelijk om in zijn werk als familietherapeut zo min mogelijk individueel met patiënten te werken, maar altijd samen met familieleden op telkens een balans van geven en ontvangen. Dit proces kon het best op gang worden geholpen als met deze mensen samen ieders relationele werkelijkheid, alle vier de dimensies van ieder afzonderlijk onderzocht en in het licht konden komen. In deze lezing wil ik er daarom ook voor pleiten om zoveel mogelijk gericht en samen met de twee betrokkenen de eigen balans van geven en ontvangen te onderzoeken waardoor en waarbij ze hulp krijgen van een goed geschoolde contextueel werker, om zo het geven en ontvangen op hun persoonlijke balansen met de ander steeds meer passend te maken. De erkenning die bijvoorbeeld een ouder zijn of haar kind kan geven is vele malen waardevoller dan de erkenning die een therapeut kan geven. Hierdoor neemt het vertrouwen tussen hen meer toe en groeit ook het vertrouwen van deze twee mensen in de therapeut en zijn of haar meerzijdig gerichte partijdige grondhouding.
Daar waar het lukt om op deze manier nieuw vertrouwen in elkaar binnen een familie te genereren, leert men ook om dit vertrouwen aan de volgende generaties door te geven. Wanneer er wantrouwen in een familierelatie is, kan nu eenmaal geen vertrouwen worden door gegeven waardoor rekeningen worden doorgegeven aan volgende generaties. Door benieuwd te zijn naar welke belangen op een zeker moment door iemand gediend werden, komen we bij resten van vertrouwen die er altijd aanwezig zijn, omdat er nu eenmaal áltijd gegeven wordt. Die resten diepen we op. Het zal duidelijk zijn dat het systematisch werken aan herstel van vertrouwen in familierelaties preventief zal werken voor het nageslacht.
Hoe balansen weer in beweging kunnen komen
In mijn praktijk word ik vaak benaderd met de vraag hoe het contact en de verbondenheid tussen familieleden weer veilig hersteld kan worden. Belangrijke feiten in relatie tot ouders zijn ziekte, mantelzorg en als het einde in zicht komt.
Een volwassen zoon met eigen kinderen heeft zeer veel moeite om contact te onderhouden met zijn bejaarde ouders. Hij voelt niet de behoefte om zijn ouders te zien, maar mist wel een vader en een moeder. Ook het contact met zijn siblings is verwaterd. Vader is opgenomen in een verpleegtehuis en moeder ligt nu op sterven. Zijn broer vraagt hem namens zijn moeder of hij een dankwoord wil uitspreken naar de aanwezigen na de begrafenis.
Deze zoon vraagt mij om hulp. Hoe kan hij reageren op de vraag van zijn moeder? Hoe kan hij contact hebben met zijn broers en zus? Zijn ouders hebben op hem geleund, maar hij voelt zich niet gezien en begrepen. Moet hij nu nog meer geven ten koste van zichzelf?
In een gesprek met hem en zijn vrouw staan we stil bij zijn genogram en hoe hij als zondebok het onrecht over de spanningen in het huwelijk van zijn ouders heeft aangekaart. We staan ook stil bij de drie afzonderlijke balansen met zijn zus en broers. Zij zorgen nu voor hun moeder. Er is nauwelijks contact. Hoe kunnen zij straks samen een afscheid van hun moeder bespreken? We onderzoeken wat ieder geeft en wie hij als eerste erkenning kan geven. Hij maakt hierna een afspraak om samen met zijn vrouw bij zijn moeder op bezoek te komen. Zijn zus is er ook. Hij heeft de moed om haar te vertellen dat hij haar en zijn broers dankbaar is voor hun zorgen voor hun moeder. “Ik zie dat jullie keihard werken”. Hij wordt hierna door zijn zus toegevoegd aan de zorgapp met zijn sibblings en ook door zijn broers warm welkom geheten.
Na dit tweede gesprek wil hij stilstaan bij de relatie met zijn moeder.
Hij kan zijn moeder op dat moment nog nauwelijks aankijken, laat staan een knuffel geven. Samen onderzoeken we op hun tijdslijn en aan de hand van het genogram wat zijn moeder hem heeft gegeven. (What’s on the other side?).
Waar bewaart hij goede herinneringen aan? In zijn spanningsvolle jeugd heeft hij goede herinneringen aan de momenten waarop zijn moeder hem en zijn broers en zus meenam naar het strand. Bij een volgend gesprek vertelt hij dit aan zijn moeder. Zij kijkt hem dan aan en vertelt dat zij dit deed omdat zij hen wilde beschermen tegen rivaliserend gedrag van andere kinderen. Zij wilde haar kinderen plezier en ontspanning bezorgen. Hier ontstaat opeens de verbinding waar hij zo naar verlangde. Door het op gang komen van dialogisch proces tussen hen (benieuwdheid naar het geven van de ander en erkenning), wordt opeens zichtbaar dat zijn moeder op meer momenten zorgdroeg en wordt het ethisch perspectief van moeder zichtbaar voor haar zoon. Het feit van het strandbezoek blijkt passend geven te zijn geweest van moeder aan haar kinderen. Door de actie, die ’geboren’ wordt door de eindigheid van het leven, komen de verschillende balansen verder in beweging en wordt het vertrouwen op deze balansen vergroot. Belangrijke levensfeiten zetten vaak als vanzelfsprekend balansen van geven en ontvangen weer in beweging. Het verlangen naar een wederzijds rechtvaardige relatie is gebleven, het vertrouwen erop was verdwenen. Maar bij zieke, overlijden, huwelijk en geboortes zien we vaak dat mensen het verlangen niet meer kunnen weerstaan en de moed vinden om opnieuw actief gaan investeren in herstel van vertrouwen op een voor hen belangrijke balans.
Het herstellen van vertrouwen als er sprake is van gespleten loyaliteit
Met mijn collega geef ik contextuele therapie aan gezinnen waar kinderen vaak in gespleten loyaliteit terecht zijn gekomen. In veel gevallen zijn ouders gescheiden en is er sprake van langdurige conflicten of het vermijden van contact tussen ouders. Vaak komen kinderen in de adolescentieperiode in de problemen en vallen uit op school, is er sprake van gedragsproblematiek, verslaving, depressie en suïcidale gedachten. Ouders worden dan door het gedrag van een kind aangespoord om mee te werken aan contextuele behandeling. Aan de hand van een geanonimiseerde casus bespreek ik hoe een gezin met gescheiden ouders werd geholpen om kinderen uit de loyaliteitssplit te helpen en weer openlijk loyaal te worden aan beide ouders.
Balans tussen ouders intake
Moeder Vader
Dimensie 1
Sinds drie jaar gescheiden
Dochter veel gebruik verdovende middelen opgenomen in jeugdhulpverleningsinstelling, uitgevallen op school
Nam initiatief voor scheiding Had een drukke baan en heeft ook opleidingen gevolgd waardoor hij veel afwezig was.
In woning gebleven Heeft periode geen woning gehad
Nieuwe partner Nieuwe partner
Kinderen wonen bij moeder Geen contact met kinderen
Dimensie 2
Bezorgd over oudste dochter Bezorgd over oudste dochter
Uitgeput voelen Verdriet over contactbreuk beide kinderen
Gemotiveerd voor therapie Gemotiveerd voor therapie
Dimensie 3
Passief, verwijtend Defensief, verwijtend
Dimensie 4
Hypothese zorgende parentificatie Hypothese zondebok parentificatie
Destructief recht? Destructief recht?
Resten van vertrouwen: beide ouders waren bereidheid mee te werken en gingen akkoord om met behulp van het genogram ook de rechtvaardigheid van balansen in hun gezinnen van herkomst te onderzoeken aan de hand van de vier dimensies van de relationele werkelijkheid.
Genogram

Het onderzoeken van en erkenning geven voor het destructief recht (terecht wantrouwen) van beide ouders
Door het maken van het genogram van beide ouders werd vanuit de feiten, de psychologie van betrokkenen en interacties tussen hen, het destructief recht dat in relatie tot hun ouders is opgebouwd zichtbaar.
Vader is mishandeld door grootvader (vz), er is veel spanning tussen grootmoeder (vz) en haar schoonouders.
Grootmoeder (mz) was psychisch kwetsbaar, waarschijnlijk leed zij aan depressies. Moeder had in de adolescentieperiode veel strijd met haar vader. Zij is met 18 jaar uit huis gegaan. Moeder kreeg zelf ook depressieve klachten toen kinderen nog jong waren en voor scheiding.
In de gesprekken met beide ouders werden, naast de balansen met grootouders, ook telkens de balansen met de eigen kinderen onderzocht. Hoe hebben zij gegeven? Omdat er ook erkenning voor het onrecht in de eigen geschiedenis was, ontstond ook ruimte en besef dat alle kinderen op hun manier verschillend hebben gezorgd voor de ouders.
Pien kon haar moeder altijd aan het lachen maken, maar gaf ook doordat zij later als zondebok gezorgd heeft dat er hulp kwam voor het gezin. Als therapeuten benoemden we dat ze hard heeft gewerkt door met haar verslaving, diefstal van geld van haar moeder en uitval op haar opleiding de schuld voor de spanningen tussen de ouders op zich te nemen.
Lisa hield ervan om gezellig een spelletje te spelen, samen te knutselen en hielp als vanzelfsprekend mee met huishoudelijke taken. Zij trok zich, te midden van alle spanningen, steeds meer terug, maar zorgde ongemerkt ook voor de emotionele nood van haar moeder. Ook zij viel uit op school. Vroeg geen aandacht, maar kwam nauwelijks nog het huis uit.
Ouders konden steeds meer zien dat kinderen hiermee zorgdragen omdat ze ook herkenden hoe ze zelf in hun gezinnen van herkomst, als geparentificeerde kinderen heel vergelijkbaar hadden zorggedragen voor de noden van hun ouders.
Vader kreeg de schuld van de scheiding. Moeder verweet vader dat hij het huwelijk stuk had gemaakt. Bij het stilstaan bij de feiten rondom de scheiding bleek dat er geleidelijk steeds meer afstand tussen beiden was gekomen en vader veel had geïnvesteerd in zijn opleiding en carrière. Moeder wilde geen relatietherapie en vader vertrok uit het huis. Daarbij zorgde hij dat moeder en de kinderen in het huis konden blijven wonen. Toen vader een nieuwe relatie kreeg met een vrouw met kinderen, voegden de kinderen zich door in twee huizen te gaan wonen en hadden zij gezamenlijke vakanties. In de adolescentie van de dochters ontstonden er steeds meer problemen en wilde Pien haar vader niet meer zien.
Het werken op de balans tussen ouders en kinderen
Pien kon door haar verslavingsproblematiek en de spanningen die dit opleverde niet meer thuis wonen en kon tijdelijk op een zorgboerderij wonen. Ze wilde haar vader niet zien en gaf hem de schuld van de scheiding. Over Lisa maakten haar ouders zich weinig zorgen. Lisa wilde haar vader nog wel zien, maar in een gesprek dat mijn collega met haar had, bleek zij haar zus erg te missen en zich uitgeput en depressief te voelen. Ze gaf aan bang te zijn dat haar moeder zichzelf wat zou aandoen en ook zelf suïcidale gedachten te hebben.
In twee gesprekken met Pien en Lisa ieder apart met hun ouders stonden we stil bij de levensloop van de balans tussen hen en hun ouders. Ouders konden beiden vertellen hoe zij van hun dochters ontvangen hebben. Over de scheiding bleken zij beiden nog boos op vader te zijn. In een gezamenlijk gesprek met beide dochters hebben ouders samen verteld wat de feiten waren over de scheiding.
Door de erkenning voor de investeringen van de dochters ontstond er meer ruimte voor ieder van hen. Pien ging een opleiding volgen in de zorg voor dieren. Lisa besloot om met hulp vanuit het wijkteam begeleid zelfstandig te gaan wonen en ging in een winkel werken.
Het werken op de balans tussen ouders en grootouders; het ontschuldigingsproces
Onze ervaring is dat grootouders graag ouders willen helpen en een bijdrage willen leveren aan de therapie. Voor ouders kan het spannend zijn om grootouders hiervoor te vragen, bang om hen te belasten en/of te beschuldigen. Het vraagt goede educatie om uit te leggen dat we juist de verdiensten van zowel ouder als kind tussen hen willen onderzoeken en in beeld brengen.
In een gesprek met vader en zijn moeder vertelt grootmoeder hoe zwaar zij en haar man het hebben gehad. Haar schoonouders woonden naast hen en controleerden hen. Haar man werkte in het bedrijf van zijn vader en stond onder druk om hard te werken en het goed te doen. Thuis, na het werk, kwamen zijn spanningen eruit en moest zijn zoon het fysiek ontgelden. Hij ving de klappen van zijn vader op. Nu woont vader in een verpleegtehuis en draagt hij veel zorg voor zowel zijn vader als zijn moeder die nog zelfstandig woont. Moeder geeft hem erkenning voor de zware last die hij heeft gedragen als zondebok en vertelt ook hoe blij zij is dat hij nu zo loyaal zorgdraagt voor zijn beide ouders.
Moeder stemt in met een gesprek met haar ouders. Ze is erg bezorgd over haar moeder die psychisch kwetsbaar is. In dit gesprek vertelt grootmoeder openhartig over haar psychische kwetsbaarheid. Ze had hier vanaf jonge leeftijd last van en haar man heeft veel opgevangen. Ook haar kinderen hebben voor haar gezorgd. Binnen het gezin van herkomst werd nog niet gesproken over haar kwetsbaarheid. Haar kleindochter, maar ook andere kleinkinderen blijken te worstelen met depressies zonder dat ze dit van elkaar weten. In het gesprek vraagt mijn collega of ze met haar kleindochter hierover zou willen spreken. Grootmoeder wil dit graag doen om haar kleindochter een hart onder de riem te steken.
Het werken op telkens een balans om te komen tot passend geven en ontvangen
Door vanuit de meerzijdig gerichte partijdigheid telkens een balans te onderzoeken, kunnen mensen geholpen worden om elkaar wederzijds recht te doen. Niet vanuit de macht een winnaar en een verliezer of nog vaker dat iedereen verliest, maar samen winnen door passend geven en passend ontvangen. Dit kan alleen maar tot stand komen door de dialoog. Het is niet aan ons als therapeut om dit voor onze cliënten te regelen, maar onze cliënten in staat stellen om te komen tot rechtvaardige balansen.
Bovenstaand geanonimiseerd voorbeeld geeft een samenvatting hoe deze weg kan worden gezocht in deze specifieke context. Binnen deze familie zijn de balansen tussen ouders en kinderen en tussen ouders onderling steeds meer in beweging gekomen. Er is besef en verbindende taal gekomen om stil te staan bij hoe er zorg wordt gedragen en wat ieder nodig heeft in de horizontale en verticale balansen. In dit voorbeeld was het hard werken om de balans en daarmee de dialoog tussen de ouders in beweging te helpen komen. Het onderzoeken van het destructief recht in de eigen gezinnen van herkomst was hiervoor cruciaal.
Pieterjan van den Akker en Gerdy Rooijakkers-Segers